Praktisch alle woonboten in Utrecht zijn inmiddels via een rioolpomp aangesloten op het (pers)riool. Begin jaren 80 is er een begin gemaakt met het aansluiten van de arken op het riool, pas ver na de millenniumwisseling zijn de “laatste” woonboten (met name de varende woonschepen) aangesloten.
- Hoe werkt dat ding?
- Welke storingen kunnen optreden?
- En wat kun je zelf doen aan onderhoud?
Inmiddels weten we uit ervaring dat de pompen uit 1985 (het jaar dat de meeste boten in Utrecht werden aangesloten op het riool) nog prima kunnen draaien als je er tenminste zorgvuldig mee omgaat. Hieronder enkele weetjes & tips.
Standaard aansluiting riool Utrecht
De standaard manier van aansluiten is in de afgelopen decennia niet of nauwelijks gewijzigd. De onderstaande schets laat zien hoe deze er waarschijnlijk ook bij jou thuis uit ziet.
Versnijdend of niet-versnijdende rioolpomp
Je hebt grofweg twee typen rioolpompen: versnijdende en niet-versnijdende. Een versnijdende pomp kan veel druk leveren, maar is duurder en maakt meer geluid dan een niet-versnijdende. De maatvoering van de rioolbuis op de wal is bepalend voor het soort pomp. In de gemeente Utrecht hebben we een versnijdende pomp nodig.
Stroom: 380 of 220?
Een pomp op 380 volt (3-fasen) is een paar honderd euro goedkoper dan een pomp op 220 volt. Het loont dus om even naar het energiebedrijf te bellen om te vragen of het mogelijk is 380 volt (3-fasen) aan te leggen. Vaak is dat een kwestie van een draadje doortrekken. Bovendien biedt dat meer comfort en zullen de lampen minder knipperen bij het starten van de pomp.
Veiligheidskleppen
Vlak boven de rioolpomp dient een keerklep te zitten. Die zorgt ervoor dat het weggepompte water niet terugstroomt in de pomp. In het putje op de wal moet ook een keerklep zitten. Die treedt in werking als de keerklep bij de pomp het begeeft. Ook als de rioolslang wordt afgekoppeld, moet die keerklep in de put ervoor zorgen dat het gemeenteriool niet leegstroomt in het water. De keerklep in de put aan de wal is overigens in beheer van de gemeente.
Rioolpomp storingen
De onderhoudsmonteurs van rioolpompen komen van alles tegen in de rioolpompen: wc-blokhouders, afwasborstels, schelpen, knikkers, stukken glas en scherven serviesgoed. Over het algemeen kunnen de messen van een versnijdende pomp daar wel tegen. Die slaan die harde delen gewoon weer terug in het reservoir (maar echt goed is het niet natuurlijk). Textiel wordt meestal wel versneden als de pomp goed is afgesteld. Problematisch zijn condooms. Die zijn zo elastisch dat ze niet versneden worden maar in het snijsysteem vastdraaien. In de prullenbak ermee dus.
De pomp blijft aanslaan
Als de pomp om de haverklap aanslaat zonder dat er aanleiding toe zou moeten zijn, wees dan alert. Als de pomp met grote regelmaat start, dan kan het zijn dat er water terugloopt vanuit de leiding tussen de pomp en het riool, of erger, vanuit het riool zelf. Zolang de pomp blijft draaien is er niets aan de hand, echter als de pomp het alsnog begeeft heb je kans dat de woonark wordt overladen met afvalwater vanuit het riool (in extreme situatie met zinken tot gevolg). Laat in een dergelijk geval zo snel mogelijk je veiligheidskleppen aan boord en aan de wal controleren. De veiligheidsklep is voor je eigen rekening en risico. De keerklep aan de wal dient de gemeente te onderhouden.
Ontluchtingsslangetje pomphuis
De meeste storingen van de oude Puls pompen zijn het gevolg van een verstopte ontluchtingsslang. Dit slangetje tussen pomp en reservoir moet openblijven om de lucht uit de pomp af te voeren naar het waterreservoir. Maar alleen zoiets futiels als een tandenstoker kan ervoor zorgen dat het slangetje verstopt raakt. Inmiddels heeft Puls bij alle installaties die bij hen in onderhoud zijn nieuwe ontluchtingsslangen aangelegd met een grotere diameter.
De rioolpomp ontvetten
Als de nalooptijd en de druk goed zijn afgesteld, kun je de pomp zelf onderhouden door regelmatig de oliedruk te controleren (via de olieplug in geval van een ouderwetse Puls pomp) en het reservoir te inspecteren. Is de boel van binnen erg vet, dan kan de vlotter vast blijven zitten, waardoor de pomp geen signaal meer krijgt dat er gepompt moet worden. Ontvetten gaat het makkelijkst op de volgende manier: trek de stekker uit de pomp, doe er een fles vloeibare ontstopper van Muscle in (via de dop op het reservoir of via de wc), vul het reservoir met water (bijvoorbeeld door de wc door te trekken) en laat het geheel een nachtje inwerken. Niet vergeten ’s ochtend de stekker er weer in te doen, en al je huisgenoten op de hoogte brengen van je actie.
Thermolint
In de leiding tussen boot en walput blijft afvalwater staan. Omdat afvalwater redelijk warm is, bevriest het niet zo snel. Maar ben je regelmatig een paar dagen weg in de winter, dan is een thermolint met thermostaat aan te bevelen.
Zelf aanleggen en afstellen
Als je handig bent, kun je zelf een (nieuwe) rioolpomp installeren op je boot. Het is vooral belangrijk te letten op de afstelling van de tegendruk. De pomp heeft een bepaalde werkdruk nodig om goed te functioneren. Die tegendruk kun je instellen met de afsluiter. Ook de nalooptijd – de tijd dat de pomp nog even ‘schoondraait’ – moet goed ingesteld worden.